Mensen maken geschiedenis

6/50 Van robots naar cobots

Met hun drieën bundelen ze aardig wat ervaring bij Volvo. Chris Matthijs begon hier in 1980 te werken, Alex Aelvoet in 1986, en Karel Ferket in 1985. Alle drie zijn het robotspecialisten – Chris weet veel van lasrobots, Karel van spuitrobots, en Alex heeft de Eindassemblage als zijn werkgebied.

Unimate
Toen ze als jonge ingenieurs in dienst kwamen, stonden de eerste robots er al, maar ze waren nog zeldzaam. “De eerste lasrobots werden ingezet in de lasfabriek,” zo herinnert Chris zich. “We hadden vijf robots van het type Unimate.”

Unimate was de eerste industriële robot en deed in 1961 zijn intrede in de auto-industrie, maar toen was het nog een curiosum. Begin jaren tachtig kwam dan de tweede generatie robots binnenwaaien: de Milacron Cincinatti-robot, compleet computergestuurd - in het jargon: een ‘computerized numerical control (CNC)’- robot. En begin jaren negentig kwam de derde generatie, volledig elektrische robots, als opvolger van de vroegere hydraulische types.

De Verenigde Staten liepen aanvankelijk voorop met de ontwikkeling en toepassing van robots, maar in de jaren tachtig maakte Europa een inhaalbeweging. “En Zweden liep hierin voorop,” zegt Chris. “De grote sprong voorwaarts kwam er toen we de Volvo 740 lanceerden in 1984. En daarna ging het snel; in zoverre dat de las- en de spuitfabriek nu grotendeels geautomatiseerd zijn.”

In de negentiende eeuw, tijdens de industriële revolutie, gingen verschrikte textielarbeiders de weefmachines kapotslaan, omdat ze vreesden dat die tewerkstelling gingen vernietigen. Met de robotisering is het niet zo’n vaart gelopen.
In eerste instantie is Volvo Car Gent overgestapt op robots om kwaliteitsredenen. De precisie van een robot, carrosserie na carrosserie, is niet door de mensenhand te evenaren. Altijd en overal evenveel puntlassen, op exact de juiste plaats, dat is essentieel voor een gelijkmatige kwaliteit en voor de vereiste stevigheid van het koetswerk, en dus voor de veiligheid. Een tweede reden om te robotiseren was (en is) ergonomie. Het werk met de vroegere manuele puntlastangen was zwaar.

Groei
Chris Matthijs: “We hebben kunnen gebruikmaken van een periode van groei om de robots te introduceren. Door deze groei steeg onze productiviteit, en door het succes van het nieuw model op de Noord-Amerikaanse markt, stegen de volumes en ging ook de werkgelegenheid de hoogte in.”

In de Spuitfabriek zorgen niet alleen de robots voor de automatisering. Karel Ferket: “De eerste automatische spuitmachine kreeg de naam ‘Oscar’ mee. Eigenlijk werd de spuitarm mechanisch geleid. Rond 1980 kwamen de eerste Esta’s, spuitautomaten die de verf door zeer snel draaiende klokken vernevelen, die later gemonteerd werden op robots van Dürr en ABB. Ook hier zorgen de robots voor een zeer efficiënte verfverneveling, wat leidt tot gelijkmatige laagdiktes. Daardoor gebruiken we minder verf en is de kwaliteit op een zeer hoog niveau gekomen. In 1987 deden de eerste sealingrobots hun intrede voor het afdichten van lasnaden, vooral om ergonomische redenen.”

De Eindassemblage is een achterkomertje op vlak van robotisatie. “GC is een mensenfabriek,” zegt Alex Aelvoet, “en eigenlijk is dat nog grotendeels zo. Maar ook hier deed de robot zijn intrede. In 1986 installeerden we de PUR-installaties, ofwel het aanbrengen van de PUR-lijm [poly-urethaan] op de vaste ruiten, en het automatisch monteren. Wat het hier complex maakt, is dat je een eiland van automatisering creëert in een manuele omgeving. Nieuw in deze installaties was het visiesysteem, meetcellen met laserlicht die meten hoe de auto gepositioneerd is. Want een ruit aanbrengen, dat is millimeterwerk. Midden jaren 90 werden de PUR-robots volledig vernieuwd, en werden de meetcellen vervangen door een systeem van mechanisch meten.”
Later kwamen er nog robots in GC. De automatische wedding deed zijn intrede met de Volvo 850, en met de komst van de P2-modellen [S60 en V70] in 1999 kwam er een indrukwekkende robotinstallatie om het dashboard te monteren. Ook hier zorgen de robots voor een indrukwekkend precisienummertje. Later, in 2011, kwam er nog een robot om het VIN-nummer [Vehicle Identification Number] te graveren in de auto. Hier is de foutenmarge zero: elk identificatieplaatje moet voldoen aan de wettelijke vereisten. Een slecht functionerende robot zou ertoe kunnen leiden dat het gespoten koetswerk moet verschroot worden.

Veelzijdiger, sterker
Wie naar een Unimate-machine kijkt, beseft dat robots een enorme evolutie hebben doorgemaakt. Chris Matthijs: “Ze worden veelzijdiger en sterker; qua software complexer, maar tegelijk met een eenvoudiger interface. Daardoor kunnen ze gemakkelijker worden ontstoord en onderhouden door technici. Ik heb lang geleden zelf nog robots geprogrammeerd, maar deze tijd is al lang voorbij!”

Onze drie robotspecialisten kijken ook naar de toekomst. “We komen uit een tijd dat robots groot waren en risico’s inhielden,” zegt Karel Ferket. “Ze staan afgeschermd en we nemen maatregelen zodat er niemand een robotstation kan betreden als er een risico bestaat. Maar er komt een nieuwe generatie robots aan, die kleiner en lichter zijn, en die samenwerken met mensen. Ze werken ook tegen een lagere snelheid. Dat kan ons helpen als we meer en meer zullen te maken krijgen met ouder wordende werknemers.”

Alex Aelvoet: “Deze robots noemen we ‘cobots’, of collaborative [samenwerkende] robots. Met de insourcing van activiteiten van Johnson Controls hebben we zo’n aantal cobots al binnengekregen, bij de dakbekleding en de voormontage van de tunnelconsole. Het is een interessante evolutie die veel mogelijkheden biedt.”

"Robots kwamen er in de eerste plaats om redenen van kwaliteit en ergonomie, niet zozeer om te besparen op de loonkosten"

Chris Matthijs
Industrieel ingenieur Elektro-mechanica
Geboren: 1955
Bij Volvo: 1980


Alex Aelvoet
Industrieel ingenieur Automatisatie
Geboren: 1961
Bij Volvo: 1986


Karel Ferket
Burgerlijk ingenieur werktuigkunde
Geboren: 1958
Bij Volvo: 1985


Aantal robots:
700 in de lasfabriek, 100 in de spuitfabriek, 18 in de eindassemblage (waarvan 4 cobots).

De eerste échte robots, van het type Unimate, aan het werk bij het puntlassen van de Volvo 200-reeks (Foto: Eric Slock)
Naar boven