Mensen maken geschiedenis

14/50 Een schone fabriek

José Maes, manager Managementtechnieken en Preventie
In dienst: 1974
Uit dienst: 2007

Wim Cooman, Milieucoördinator
In dienst: 1990

Het was in de jaren negentig dat Volvo Car Gent ernstig werk begon te maken van een geïntegreerd milieubeleid. Met ‘geïntegreerd’ wordt dan bedoeld, dat er een milieuzorgsysteem wordt opgezet dat op een structurele en systematische wijze de milieuzorg omzet in meetbare doelstellingen acties en procedures. “Rond 1990 kwam er een dwingend wetgevend kader,” herinnert José Maes zich. José stond in voor Managementtechnieken (een functie vergelijkbaar met het huidige Operational Development) en Preventie. “Dat waren de VLAREM-regels. Ondertussen waren wij intern ook al hard bezig met milieu, en dan vooral vanuit de hoek van Onderhoud – hoe de installaties beheren en ervoren zorgen dat er geen milieu-accidenten gebeuren.”
Het was ook de tijd dat er plannen gemaakt werden voor een tweede spuitfabriek, zowel in Gent als in Zweden. Milieu was wereldwijd op het voorplan getreden, met de problemen van de zure regen en de toxische stikstofoxides (NOx); ook het broeikasgevaar, met de CO2-uitstoot, kwam toen op de voorgrond. Volvo Cars liep voorop, en was een koploper met de uitlaatgaszuivering met behulp van een katalysator en de lambda-sonde, die zorgde voor een optimale verbranding en dus voor een goede werking van de katalysator.

De spuitfabrieken van Volvo waren toen baanbrekend – in Zweden koos men voor de weg van de verbranding van solventen, in Gent voor een brongerichte aanpak - voor een topcoatproces met verven op waterbasis, zodat er minder solventen nodig zijn als oplosmiddel. 
 
“En toen kwam daar EMAS,” zegt José. Het Europees Milieumanagement- en Audit Schema (EMAS) is sinds 1995 een milieubeheer- en auditsysteem van de EU voor bedrijven en andere organisaties.
Bedrijven die een EMAS-registratie willen krijgen, moeten hun milieumanagementsysteem laten verifiëren en hun milieuverslag laten goedkeuren. Ze moeten ook de milieu-impact van alle activiteiten, producten en diensten identificeren en controleren, het milieubeheer continu verbeteren, en een systematische aanpak invoeren om milieudoelstellingen te stellen, ze te bereiken en ze kenbaar te maken wanneer ze gerealiseerd zijn.
EMAS hecht veel belang aan de naleving van de regelgeving, de verbetering van de milieuprestaties, externe communicatie en betrokkenheid van de werknemers.

José Maes: “Dankzij EMAS hebben we de milieuzorg kunnen integreren in de bedrijfsvoering. De verplichting van een milieuverslag was ook een belangrijke aansporing om ambitieus te zijn, én ook om aan de wereld te tonen dat we het milieu ernstig namen.”

Toch is Volvo van EMAS afgestapt. “Sinds 2006 zijn we overgestapt op de ISO-norm,” zegt de huidige milieucoördinator Wim Cooman. “De focus van EMAS was té eng Europees voor een bedrijf dat zijn auto’s over de hele wereld uitvoert.

Zo krijgen wij audits van landen zoals Wit-Rusland en Japan, waarin de certificatie van het milieubeheersysteem bevraagd wordt. Voor deze audits is de internationale ISO–standaard meer ingeburgerd.

Welk systeem er ook gebruikt wordt, de zorg voor het milieu zit er bij Volvo diep ingebakken. Dat gaat van een dagelijkse sensibilisering bij alle werknemers, tot investeringsbeslissingen waarbij ook rekening wordt gehouden met duurzame milieu-indicatoren. Het is dan ook geen wonder dat Volvo recordhouder is wat betreft het milieucharter van de provincie Oost-Vlaanderen. “We zijn liefst zeventien keer laureaat,” zegt Wim, niet zonder trots.
De deelnemers aan het Milieucharter engageren zich om concrete acties uit te voeren die de wettelijke vereisten overstijgen. Op het einde van het actiejaar worden de milieuprestaties geëvalueerd door een team van onafhankelijke deskundigen. In 2015 wordt het Milieucharter verbreed tot een Duurzaamheidscharter. “Dat vat onze evolutie samen,” zegt Wim. “Via EMAS zijn we bij ISO terechtgekomen, dat milieu- en kwaliteitszorg integreert; en nu nemen we de stap naar duurzaamheid, dat ook personeelsgebonden materies mee in overweging neemt.”

Volvo Car Gent heeft ook een baanbrekend akkoord afgesloten met Stora Enso, dat een heetwaternet gaat aanleggen om onze fabriek te voorzien van energie. “Daardoor kunnen we onze CO2-uitstoot met 40 procent verminderen,” aldus Wim.

Wim en José vergelijken nog even het heden met het verleden. In 1996 bedroeg het waterverbruik per auto nog 1,86 kubieke meter. Toen werd de doelstelling van één kubieke meter vooropgesteld. “We waren er ons van bewust dat dat ambitieus was,” weet José nog. Wim: “En kijk: vandaag zijn we zover, en hebben we deze doelstelling, met een reuzengrote milieu-impact, bereikt. We zijn qua waterverbruik, en qua uitstoot van vluchtige organische stoffen, een voorbeeld voor de hele industrie.”

waterverbruik-per-auto.jpg
Naar boven